De Noorse manier van opleiden

20 januari 2021 |
Delen:

In een tweedelige serie vertelt Matt van Wezel (Technisch directeur Noorse volleybalbond) over zijn visie op het volleybal. Waar het in het eerste deel met name ging over zijn kijk op het volleybalspel en de praktische toepassing daarvan, kijken we in het tweede deel naar de Noorse manier van werken, hoe je een lerende omgeving creëert en praten we met Matt over zelfregulatie binnen het volleybal.

Voorbereiding is het halve werk

Voordat we met Matt inzoomen op de Noorse manier van werken vertelt Matt dat het belangrijk is dat je voorbereid naar de training komt: “Mensen die naar een vergadering gaan, zijn ook voorbereid. Zorg ook dat je als trainer voorbereid bent. Zo haal je meer resultaat uit je training”.

Agile werken

In Noorwegen wordt er gewerkt op een agile manier. Hiervoor is een agile docent uitgenodigd die zijn visie heeft gedeeld, vertelt Matt. Agile werken in Noorwegen houdt in dat kort cyclus leren voorop staat. Er worden korte doelen gesteld. “Binnen een dag beter worden, dat is het uitgangspunt”, legt Matt uit. “Je hebt een leerdoel, schrijf die op. Je weet dan wat het doel is. Maak het specifiek. Wil je beter leren passen? Ga dan met specifieke leerdoelen omtrent passen aan de slag.”

Videofeedback

Daarnaast wordt er in Noorwegen gewerkt met videofeedback. Na afloop van de training wordt er geëvalueerd. Daaruit kan blijken dat bepaalde doelen niet gehaald zijn. Als dat het geval is, wordt er gekeken waarom deze doelen niet gehaald zijn. Hierbij worden verschillende vragen gesteld:

  • Waardoor komt het dat de doelen niet gehaald zijn?
  • Welke acties zijn er ondernomen om de doelen te halen?
  • Welke hulpmiddelen of attributen zijn er gebruikt?
  • Hoe ga je de doelen wel halen?

Hierbij worden spelers gedwongen om zelf na te denken.

Tijdens de middagtraining worden er teamdoelen geformuleerd en wordt er vooral 6 tegen 6 gespeeld. Hierbij wordt gebruik gemaakt van datavolley. Iedere actie wordt gecodeerd. De spelers krijgen na afloop van de training een iPad mee waarop een film staat met alle goede acties van de dag. Dit wordt gebruikt om weer nieuwe doelen te formuleren. Er wordt bewust gekozen voor goede acties. Matt vertelt dat hij wil dat alleen de goede plaatjes in het hoofd komen en dat spelers beter leren observeren: “Laat het goede zien en prent dit in het hoofd.” Hierdoor ontstaat er een positieve en leuke sfeer. Er wordt harder gewerkt aan de dingen waar je goed in bent. Zijn er geen goede beelden van een speler? Pak dan de beelden van een andere speler is het advies van Matt.

Feedback geven in kleine groepjes

Ook worden er kleine groepjes gevormd waarbij spelers elkaar corrigeren door feedback te geven. Spelers kijken naar elkaar en letten op elkaar. Hieruit worden weer nieuwe leerdoelen geformuleerd.

Het opleidingsmodel

Iets anders dat opvalt in Noorwegen is het opleidingsmodel. Waar we in Nederland al direct op niveau selecteren en de beste spelers vaak extra training krijgen, is dat in Noorwegen niet het geval. Daar wordt pas op een late leeftijd geselecteerd op niveau. Matt vertelt: “Je verdient evenveel kansen. Je kunt op jonge leeftijd niet zien wie er de absolute top gaat halen. In Nederland selecteren we op een heel jonge leeftijd. Het is belangrijk dat je de juiste omgeving creëert zodat spelers zich verder ontwikkelen. Zo voorkom je dat je spelers uitsluit die zich latere leeftijd pas ontwikkelen en goede spelers worden.”

Bijzonder is dat er in Noorwegen geen rankings worden bijgehouden. Er is geen eerste, tweede of derde team. Er is geen selectieteam. “Je speelt in Noorwegen bij de Lions of Tigers, er is geen verschil. Je speelt met je vriendjes of vriendinnetjes. Dat zorgt ervoor dat het leuker is voor kinderen om te spelen”, aldus Matt.

Lerende omgeving

Zoals Matt al vertelde wordt er niet geselecteerd op wie de beste is. Fun is belangrijk en de lerende omgeving staat voorop. Zo helpen ouders op de training in Noorwegen. Hierdoor ontstaat er een betere sfeer, want ouders zijn betrokken bij de groei van hun kind. Er wordt een familiesfeer gecreëerd en er is geen ‘zeikcultuur’.

Matt spreekt ook over The power of yet. Dat betekent: je haalt iets, of je haalt het nog niet. Waar we in Nederland werken met cijfers en je bijvoorbeeld een vier of een acht krijgt, is dat in Noorwegen niet het geval. Je wordt niet afgerekend, je zit in een lerende omgeving waarin wordt gestimuleerd om te leren. Er is een omgeving waarin kwaliteiten ontwikkeld kunnen worden: een ‘Growth mindset’ noemt Matt dit “We geven geen complimenten op basis van kwaliteit, wel op basis van ontwikkeling en inzet”, aldus Matt. Daarbij is het belangrijk om je iedere dag weer goed te beseffen wat je allemaal kunt. Matt vertelt dat dankbaar zijn voor wat je kunt, voorop staat.

Tips voor jou als trainer

Maar hoe krijgen we die cultuur in Nederland? Of hoe kun je dat als trainer toepassen bij je eigen team? Matt geeft een aantal tips: “Realiseer dat je complimenten beter werken dan straffen. Zorg dat complimenten over inzet en ontwikkeling gaat. Maak daarbij als trainer je leerdoelen. Geef iedereen vandaag een compliment. Wees positiever, dat heeft meer effect. Houd je bezig met ontwikkelen. Het is niet belangrijk of je winst of verliest. Doe het beter dan gisteren. Betrek ook ouders actief bij je training. Stel vragen aan je spelers:

  1. Wat ging er vandaag goed op de training?
  2. Wat heb jij gedaan om dit goed te laten gaan?
  3. Wat zou je morgen hierin nog beter kunnen doen?
  4. Wat neem je mee naar morgen?

Je ziet dat complimenten werken. Dan doe je de volgende dag weer extra. Je gaat altijd positief weg van een training. De vraagstelling is essentieel”, legt Matt uit.

Zelfregulatie

Een ander fenomeen waar Matt oog voor heeft is zelfregulatie binnen de sport. Wat dat betekent. “Laat mensen zelf doelen stellen. We kunnen daar wel wat van leren. De gemiddelde coach is een begeleider. Help de speler met zijn droom en niet andersom”, sluit Matt af.

Lees ook Met Matt van Wezel om tafel deel 1

Delen:
Populaire blogs